DE LEUGEN VAN EEN KERK DIE HEILIG LEVEN IN GEHOORZAAMHEID ONDERGESCHIKT HEEFT GEMAAKT AAN HET GEVEN VAN TIENDEN.
GOD, FINANCIËN EN GEHOORZAAMHEID.
De andere kant van `succesvolle` gemeentes!
We willen niet om de hete brei heen draaien dat word al genoeg gedaan!
Met woorden als ”iedereen heeft zijn eigen waarheid” word het Woord van God = de Bijbel geweld aangedaan.
Er is maar één Waarheid en dat is het Woord van God = Jezus! Lees Johannes 1
Johannes 1:1 In het begin was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God.
Dat is onze waarheid! Jezus Christus! En alles wat in Zijn schrift is opgetekend.
Het is heel eenvoudig, of je gelooft en leeft de schrift 100% of helemaal niet!
Maar wat we veel zien en tegen komen in de westerse kerken is dat de schrift ge(mis)bruikt word tot eigen gewin = voordeel.
En vele predikers schuwen het dan niet om teksten te verdraaien of compleet uit zijn verband te rukken!
Dat zien we op vele manieren, met als blikvanger het voorspoed evangelie.
Maar wees gewaarschuwd, het (voorspoed)evangelie kost je wat!
GEEF EN JE ZAL GEGEVEN WORDEN – Geeft, en u zal gegeven worden; een goede, neergedrukte, en geschudde en overlopende maat zal men in je schoot geven; want met dezelfde maat, waarmee jij meet, zal jij ook gemeten worden. Lukas 6:38.
Deze tekst is helemaal grijs gelezen door de aankondigers van de collecte.
En vaak word hier het geven van je tienden aan God (ze bedoelen de gemeente) in een adem genoemd.
En dan volgt de volgende Bijbel verwijzing,
Zou een mens God beroven? Werkelijk, u berooft Mij! En dan zeg je: Waarvan beroven wij U? Van de tienden en het hefoffer! Jij bent door de vloek getroffen, omdat jij Mij berooft, als volk in zijn geheel. Breng al de tienden naar het voorraadhuis, zodat er voedsel in Mijn huis is. Beproef Mij toch hierin, zegt de HEERE van de legermachten, of Ik niet de vensters van de hemel voor jou zal openen, en zegen over jou zal uitgieten, zodat er geen schuren genoeg zullen zijn. Maleachi.3:8-10.
Dus men doet jou geloven als je je tienden niet betaald aan de kerk, beroof je God van Zijn tienden, en zal je door Zijn vloek getroffen worden! Nee men zegt dat niet letterlijk maar met veel omhaal van woorden wordt het je toch duidelijk gemaakt!
En zo kan ik nog legio teksten aanhalen die (mis)bruikt worden om jou je tienden maar te laten geven.
Maar we gaan nu tekst voor tekst bekijken en zien wat de bijbel nu echt zegt over tienden, in wat voor verband en in welke tijd.
Tekst voor tekst lopen we de Bijbel door, een reis door de Bijbel om de waarheid i.v.m. de tienden te ontdekken! Ja een ontdekkingsreis!
REIS JE MEE?
We hebben gezien dat het geven van tienden aan God rechtstreeks uit de wet komt.
De wet die God door Mozes, aan Zijn volk Israël heeft gegeven. o.a. Deuteronomium 5 t/m 28.
Daarnaast zien we Galaten 5.
Galaten 5:1 Staan in de vrijheid waarmee Christus ons vrijgemaakt heeft.
Galaten 5:4 Christus is je ijdel geworden / heeft geen waarde voor je, als je door de wet gerechtvaardigd wil worden; je bent dan van de genade = Jezus vervallen.
Galaten 5:3… dat je schuldig bent om de gehele wet te doen!
Hier spreekt Paulus over de besnijdenis, de boodschap is duidelijk! En hij trekt het door naar de wet, vers 4 Christus is je van geen nut, als je door de wet gerechtvaardigd wil worden. Als je door de wet recht voor God wil staan!
Galaten 5:6… MAAR HET GELOOF, door de liefde werkende.
Als je gezegend wilt zijn door het geven van je tienden = is doen van de wet, ben je God schuldig om heel de wet te doen!
En lieve vrienden niemand kan de wet vervullen, daarvoor kwam Jezus Christus!
Dit wilde ik nog even gezegd hebben, de liefde dringt mij om je op te roepen om te blijven staan in je vrijheid! Laat je niet opnieuw met een juk (tienden geven = hele wet volbrengen) van de dienstbaarheid bevangen! Galaten 5:1
Lees Galaten 5:1 t/m 12 maar eens biddend rustig door, en leg dat maar naast Hebreeën 4.
Onze opdracht is om in Zijn rust binnen te gaan!
WAAR LEZEN WE OVER HET GEVEN VAN TIENDEN IN DE BIJBEL?
Voor de eerste keer komen we tienden tegen in Genesis 14.
En dat is meteen een zeer interessant gedeelte uit Gods Woord en werpt ook een verhelderend licht op de wet van de tiende uit het Oude Testament.
Het gaat te ver om heel Genesis 14 weer te geven dus lezen we het kernvers waar de tiende omschreven staat!
Genesis 14:22, En Melchizedek, koning van (1)Salem, bracht voort brood en wijn; en hij was een priester van de allerhoogste God. En hij zegende hem, en zei: Gezegend zij de God van Abram, de Allerhoogste, Die hemel en aarde bezit! En gezegend zij de allerhoogste God, Die jouw vijanden in jouw hand geleverd heeft! En hij = Abram gaf hem DE TIENDE van alles.
(1) Psalm 76:3 stelt Sion en Salem gelijk. Salem = Jeruzalem
Natuurlijk staat deze tekst in de context van heel hoofdstuk 14.
Nu komen we meteen bij de volgende vraag wie is die Melchizedek?
Er staat een verwijs tekst bij dit vers namelijk Hebreeën 7:1 t/m 3.
Want deze Melchizedek was koning van Salem, een priester van de Allerhoogste God, die Abraham tegemoet ging, als hij wederkeerde van het slaan der koningen, en hem zegende; Aan welken ook Abraham van alles de tienden deelde; die vooreerst overgezet wordt, koning van de gerechtigheid, en Hebreeën 7:1 t/m 3 Daarna ook was een koning van Salem = Jeruzalem, hetwelk is een koning van vrede; Zonder vader, zonder moeder, zonder geslachtsrekening, noch beginsel van de dagen, noch einde van het leven hebbende; maar de Zoon van God gelijk geworden zijnde, blijft hij een priester in eeuwigheid. LET OP!, hoe groot deze Melchizedek geweest is, aan wie ook Abraham, de patriarch, tienden gegeven heeft uit de buit.
Deze Melchizedek, koning van Jeruzalem, heeft de vereniging van koningschap en priesterschap in één persoon. Dat was een oer oude traditie bij vele volken, maar in Israël onmogelijk, omdat de priesters uit de stam van Levi en de koningen uit de stam van Juda komen.
Melchizedek betekend: Mijn koning is de (goddelijke) gerechtigheid of koning van de gerechtigheid.
Melchizedek was iemand bij wie nog de herinnering nawerkte van de tijd van Noach, toen de mensheid alleen God diende en nog geen afgoden.
De brief van de Hebreeën werkt dit uit ten aanzien van Christus. Hebreeën 7
Melchizedek is zonder vader, zonder moeder en zonder genealogie.
Deze woorden gelden hem als ambtsdrager en niet als persoon! Als ambtsdrager kreeg hij deze functies niet door erfopvolging maar door aanstelling (eed)
“zonder levenseinde” betekend ook dat hij zijn werk niet over kon dragen op zijn zoon, zoals bij het erfelijke koningschap en priesterschap in Israël het geval was.
Deze uitleg is aannemelijker dan die waarin verondersteld wordt dat de schrijver aan de brief van de Hebreeën conclusie trekt uit het stilzwijgen van de schrift, omdat dit ten aanzien van Christus NIET opgaat!
Christus is uit het geslacht van Juda (de koningsstam) en kan alleen door de eed priester worden, omdat Hij niet uit de priesterstam van Levi is. Psalm 104:2 en Hebreeën 7:3.
Zie ook Mattheüs 22:41 t/m 45. Bron studiebijbel.
Dus Melchizedek is NIET Jezus Christus. Ook al wordt dat wel vaak zo uitgelegd.